Bij sommige mensen wordt hun denken grotendeels beheerst door de angst om te dik te zijn. Wanneer zij daarom niet of nauwelijks eten, is de kans groot dat ze lijden aan een eetstoornis.
Waar heb je last van?
Naast niet of nauwelijks willen eten, kun je verschijnselen hebben als: eten weer uitbraken, extreem veel lichaamsbeweging of andere pogingen om lichaamsgewicht kwijt te raken. Als je eraan lijdt, meen je meestal dat het nog wel meevalt. Je wilt er ongestoord mee doorgaan. Wanneer ouders, vriendinnen of de huisarts ontdekken waar je mee bezig bent, worden ze erg ongerust. Terecht. Als je lijdt aan een eetstoornis lukt het je vaak niet meer om je lijngedrag nog zelf te stoppen. De kans bestaat dat je tenslotte vanwege uitputting en uithongeringverschijnselen in het ziekenhuis moet worden opgenomen.
Er zijn meerdere eetstoornissen, waarvan onderstaande de belangrijkste zijn:
Anorexia nervosa
De naam anorexia nervosa (verkort tot anorexia) betekent letterlijk ‘gebrek aan eetlust door nerveuze oorzaken’. Deze naam is eigenlijk misleidend. De patiënten die hieraan lijden, hebben geen gebrek aan eetlust hebben, maar proberen juist doelbewust hun eetlust en hongergevoel te onderdrukken. Anorexia zou eigenlijk beter ‘magerzucht’ of ‘lijnziekte’ genoemd kunnen worden. De patiënten hebben namelijk een onweerstaanbare drang om af te vallen. Ze zijn er als het ware aan verslaafd en gaan ermee door, zelfs als zij al sterk zijn vermagerd.
Boulimia nervosa
Boulimia nervosa (verkort tot boulimia) betekent letterlijk ‘eetlust als een os door nerveuze oorzaken’. Ook deze naam klopt niet helemaal. Er is namelijk sprake van eetbuien die worden afgewisseld met perioden van (bijzonder) matig eten. Bovendien hoeft het niet zo te zijn dat patiënten met boulimia een grote eetlust hebben voordat ze een eetbui krijgen. Het gaat om het eten, niet om het stillen van honger. De drang om te eten lijkt op een verslaving. Boulimia wordt dan ook wel eetverslaving genoemd. Tijdens een eetbui worden grote hoeveelheden eten naar binnen gewerkt. De patiënten hebben het gevoel dat zij de controle over hun eetgedrag kwijt zijn. Zij kunnen niet meer stoppen met eten. Het voedsel is dikwijls calorierijk en wordt vaak zonder proeven doorgeslikt. Meestal is het voedsel dat de patiënten zich buiten de eetbuien om niet toestaan.
Men denkt vaak dat eetstoornissen komen door onze slankheidscultuur. Dat is echter niet de hoofdoorzaak. Een eetstoornis ontstaat door een samenloop van omstandigheden. Sommige mens en zijn er vatbaarder voor dan anderen. Zij hebben de gave om zich heel extreem op iets te kunnen richten. Of ze zijn gemiddeld wat angstiger dan anderen. Gecombineerd met nare ervaringen (zoals gepest worden, gezinsproblemen) kan dit er toe leiden dat ze het lijnen gaan zien als een uitweg voor hun gevoel van onzekerheid. Ze ervaren door het slagen van de lijnpogingen een vermeend gevoel van controle over hun leven. De controle die ze feitelijk juist zo missen.